Ik weet het nog goed, de dag dat ik mijn eerste bril op ging halen. Ik zat met mijn moeder in de auto en lachend zei ze: “We gaan een brilletje voor je halen”. Bah, ik vond het niets, het woord brilletje, dat deed me denken aan van die kleine ronde ziekenfonds brilletjes. Inmiddels zijn deze alweer een tijd in de mode geweest, maar 33 jaar geleden niet. Ik kreeg dan ook geen klein rond ziekenfondsbrilletje, maar een grote bril. Die waren toen in de mode.
Oogarts
De schoolarts had mij doorverwezen naar de oogarts, omdat ik niet goed genoeg zag. Nu had ik al een tijdje moeite om het schoolbord te lezen, dus ik was niet verbaasd. Buiten was ik me eigenlijk helemaal niet bewust dat ik het niet goed zag. De schoolarts ging mijn ogen meten en zei dat ik -1 had. Daarna gingen we naar een opticien dat brilletje halen. De opticien ging ook mijn ogen meten en zei dat ik -1,25 had. “Goh”, dacht ik nog “die oogarts heeft helemaal niet goed gemeten”. Wist ik veel dat refractie afwijkingen van moment tot moment konden verschillen. Ik had dus meer spanning bij de opticien dan bij de oogarts. Logisch, want bij de opticien ging ik ook dat brilletje halen, die ik eigenlijk niet wilde.
Scherp
Ik zag opeens alles scherp met mijn bril, ik vond het wonderlijk, ik kon de bakstenen van de huizen aan de overkant zien en de grassprietjes in het gras. Ik kon het schoolbord lezen en de televisie goed zien. Ik droeg mijn bril niet de hele dag, alleen voor het bord en voor de televisie. Als ik dan bij een vriendin op de televisie mijn popheld niet goed kon zien, baalde ik dat ik mijn bril niet bij me had. Toen ik achttien was kreeg ik lenzen. Kon ik altijd scherp zien en hoefde ik die gekke bril niet meer op.
Minder zicht
Iedere keer dat ik naar de opticien ging, waren mijn ogen weer achteruit gegaan. Ik was ervan overtuigd dat ik die slechte ogen van mijn vader’s familie had geërfd. Mijn vader droeg een bril en bijna al mijn tantes en ooms ook. Nooit kwam het in me op dat ik misschien wel slechter ging zien, door de bril. Ik had gewoon slechte ogen. Toen ik een jaar of twintig was zat ik rond de -3. Het ene oog iets sterker, de ander iets minder sterk. En een cilinderafwijking zat er ook in, maar ik wist niet eens dat dit bestond toen ik een bril droeg. Heb ook nooit geweten hoe sterk mijn cilinder was.
Lenzen
Tien jaar heb ik lenzen gedragen, eerst harde, daarna zachte. Maar ik had altijd last van die krengen. Droge ogen, kringen zien rondom licht, vuiltjes die achter mijn lenzen kwamen en me irriteerden. Ik ging ze steeds minder dragen en op een gegeven moment droeg ik alleen nog maar een bril. Maar die droeg ik wel de hele dag. Ik had echt het gevoel dat ik zonder bril niets zag. Als ik wakker was deed ik hem op en als ik naar bed ging, deed ik hem pas af. Alleen tussendoor deed ik hem af om hem schoon te maken en als ik ging lezen. Dan had ik hem liever niet op. En dat is achteraf heel logisch, maar wist ik toen niet. Want als je een bril hebt voor veraf en je wilt lezen, zit je door die min glazen heen te kijken om te kunnen lezen. Dat geeft alleen maar meer spanning op de ogen.
Zonnebril
Ik had altijd last van het felle licht. Of het nou zonlicht was een felle wolkenlucht. Zodra ik buiten kwam, deed ik een zonnebril op. Toen ik geen lenzen meer droeg was dit steeds een omschakeling van een gewone bril naar een zonnebril. Was ik bijvoorbeeld aan het winkelen, was ik steeds van bril aan het veranderen. Want binnen met een donkere bril was heel vervelend, maar buiten wilde ik meteen weer mijn zonnebril op. Ik kon niet tegen het licht. Wist ik veel, dat ik het alleen maar erger maakte, die lichtgevoeligheid met een zonnebril. Ik heb er nu helemaal geen last meer van, en als de zon heel fel schijnt, helpt het me goed om wat meer te gaan knipperen.
Kapotte bril
We waren aan het kamperen en gingen de vouwwagen opzetten. Ik was weer van bril aan het veranderen. Ik had mijn zonnebril op gezet en mijn gewone bril in het gras neergelegd. En toen ik hem later weer zocht, bleek dat mijn man met de auto erover heen had gereden. De glazen waren nog heel, maar het montuur was helemaal vervormd. O nee toch, ik kon niet zonder mijn bril. Met mijn zonnebril op en mijn kapotte bril in de tas fietste ik naar het dorp. Gelukkig kon de opticien me helpen.
Mijn laatste bril
Ik kon een montuur uitkiezen die kleiner was dan mijn oude montuur, de opticien kon dan de glazen bijslijpen, dan had ik drie uur later weer een nieuwe bril. Een montuur uitkiezen heb ik nooit makkelijk gevonden, veel brillen vond ik mezelf niet staan en ik hield niet van die opvallende brillen. Maar nu was eer niet veel keuze. Drie brillen kwamen er voor mijn glazen in aanmerking. Voor het eerst van mijn leven had ik een hele hippe bril, dat was de enige van de drie die leuk stond.
Laseren
Door dit voorval ging ik nadenken over laseren. Het was het laatste jaar dat je laseren van de belasting af kon trekken. Dus ik moest opschieten met nadenken. Hoe meer ik erover nadacht, hoe fijner het me leek geen bril meer te hebben. Ik verdiepte me in alle verschillende laseroperaties en had al bedacht welke ik zou gaan doen. Iemand adviseerde me eens op forums over laseren te bekijken. Veel mensen waren laaiend enthousiast. Maar niet iedereen. En juist door degene die niet zulke positieve verhalen hadden, ging ik twijfelen en besloot ik uiteindelijk het niet te doen. Maar ja, die bril was me ondertussen wel gaan irriteren. Altijd die vieze glazen en die pootjes die in mijn vel drukten. Ik wilde wel van die bril af en opeens herinnerde ik me dat je het ook zelf kunt doen. Want daar had ik vijftien jaar terug een boek over gelezen, maar nooit iets mee gedaan.
Verdwenen bril
Ik ging op cursus en leerde hoe ik mijn ogen kon verbeteren. Belangrijk was geen bril meer te dragen en dat vond ik niet altijd gemakkelijk in het begin. Ik liet zwakkere glazen zetten in mijn laatste bril en dat was wel nodig, want na anderhalve week vakantie en zonder bril, kon ik niet meer door mijn oude glazen kijken. Maar ook de zwakkere bril vond ik niet prettig meer. Ik merkte hoe vervelend het was om door glas heen te kijken. Met mijn eigen ogen kijken was veel prettiger, ik zag meer kleur en diepte en het voelde ontspannen. Maar mijn zwakke bril wel handig voor in het donker, want dan kostte het me wel meer moeite om goed te zien. Tot ik op een dag deze bril niet meer kon vinden. Tot op de dag van vandaag heb ik geen idee wat er met de bril gebeurd is. En ga ik brilloos door het leven.
Zeven tips om goed te gaan zien
Download mijn gratis e-book 7 tips om goed te gaan zien en leer ik je de stappen die je direct kunt gaan zetten. Om op een natuurlijke wijze goed te gaan zien met je eigen ogen.
Klik hier om het e-book te downloaden
Kun jij je nog je eerste bril en/of lenzen herinneren. Ik zou het leuk vinden als je hieronder je verhaal vertelt over jouw eerste bril.
Dank je wel voor het lezen van dit artikel. Ik waardeer het als je dit blog deelt op Facebook of twitter door op onderstaande knoppen te drukken.